Minimaal één keer per jaar worden er Dan-Examens georganiseerd. Deze vinden centraal in Nederland plaats. Elke Dan-Examen kandidaat dient hier het examen af te leggen.
In de periode voorafgaand aan een Dan-Examen worden twee decentrale proeven van bekwaamheid georganiseerd waarvan zo mogelijk één in Zuid Holland en één in Noord Holland en waarvan één in januari en één in februari. Bij deelname aan een proefexamen wordt voor alle examenonderdelen een cijfer toegekend.
Het cijfer voor het proefexamen kan meegenomen worden naar het centrale examen en maakt deel uit van het eindcijfer. Indien aan beide proefexamens wordt deelgenomen dan worden de hoogst behaalde cijfers meegenomen naar het centrale examen.
Het op het proefexamen behaalde cijfer wordt, evenals het op het centrale examen behaalde cijfer, voor 50% meegewogen in de eindbeoordeling.
Indien een kandidaat niet heeft deelgenomen aan één of beide proefexamens dan wordt alleen de op het centrale examen behaalde cijfer gerekend.
Alleen de cijfers die behaald zijn op een proefexamen welke in hetzelfde kalenderjaar en direct voorafgaand aan het eerstvolgende centraal georganiseerde examen hebben plaatsgevonden komen in aanmerking voor middeling.
Indien organisatorisch mogelijk doet de kandidaat op het centrale examen zijn examen voor dezelfde examencommissie als op het proefexamen.